Afgelopen week werd bekend dat het college de Albert Heijn toestemming heeft gegeven om op zondagen open te zijn. Maar hoe gaat het college om met de andere supermarkten in Vught? Hoe staat het met het principe van gelijkheid?
In de verkiezingscampagne maakte D66 er al regelmatig een punt van: de openingstijden voor winkels en bibliotheek op zondag. Het was dan ook geen verrassing dat hierover een passage in het bestuursakkoord is opgenomen. Verzoeken van winkeliers om de winkeltijden aan te passen – inclusief de zondagopenstelling – worden door het nieuwe college zoveel mogelijk gehonoreerd. Past ook nog eens mooi in het principe van de JA-gemeente uit hetzelfde akkoord. Een probleem daarbij is natuurlijk wel de landelijke wetgeving. Volgens de Winkeltijdenwet mogen er maximaal 12 koopzondagen per jaar zijn. Een uitzondering in de wet is de zogeheten avondwinkel. Dit is een winkel waar hoofdzakelijk eet- en drinkwaren (geen sterke drank) worden verkocht en die op zondagen vanaf 16:00 uur open mag zijn. Probleem is dat de gemeente slechts één ontheffing voor een avondwinkel mag verlenen per 15.000 inwoner . Vught mag met zo’n 25.000 inwoners dus maar één winkel toestemming geven.
Voor het vorige college was dat een reden om de verzoeken die binnenkwamen van zowel de EM-TÉ als de Albert Heijn af te wijzen. Op welke grond zou het college immers een keuze maken tussen deze beide ketens? Het nieuwe college handelt anders. D66 had vooraf al afgesproken dat de Albert Heijn een nieuw verzoek zou indienen – zo werd gezegd tijdens de campagne – en dat is ook gebeurd. Op 25 mei heeft het nieuwe college dan ook toestemming gegeven aan de Albert Heijn om op zondagen open te zijn.
Maar… waarom de Albert Heijn? Waarom niet de EM-TÉ, de keten die als allereerste een verzoek had ingediend? Tijdens de commissie van 3 juni bleek het college dat zelf niet helemaal te beseffen. D66-wethouder Wilbert Seuren hield zijn mond dicht en liet collega Peter van de Wiel (VVD) zoeken naar antwoorden. Wethouder Van de Wiel was zichtbaar verrast door het feit dat een andere supermarkt-keten eigenlijk eerder een verzoek had ingediend. Wie het eerst komt, wie het eerst maalt gaat dan niet helemaal op. Maar hoe het college zou handelen als de EM-TÉ nu ook een tweede verzoek zou indienen wist hij niet. Afwijzen zou niet eerlijk zijn, maar toekennen mag wettelijk niet …
Het wordt dus spannend als de EM-TÉ daadwerkelijk opnieuw een verzoek indient. Eens kijken hoe het college dan omgaat met het principe van gelijkheid en gelijke behandeling. Het was misschien toch handiger geweest om de ontwikkelingen in de landelijke politiek over de zondagopenstelling af te wachten.
Toine van de Ven