Het Vughtse college kiest onomwonden voor een ambtelijke fusie. De fractie van PvdA-GroenLinks is hier zeer kritisch over. Daarom heeft de fractie ook tegen het rapport over regionale samenwerking gestemd.
Voor samenwerking
PvdA-GroenLinks is een voorstander van samenwerking. Zeker als hiermee kwaliteit gewaarborgd kan worden en de kwetsbaarheid van gemeenten vermindert. Dat is nodig voor de extra taken die op gemeenten af komen. Op deze terreinen wil PvdA-GroenLinks dan ook zeker samenwerken en de Meierijgemeenten St-Michielsgestel, Haaren, Boxtel, Schijndel en St-Oedenrode zijn daar goede potentiele partners voor.
Duidelijke voorwaarden voor samenwerking
Op initiatief van PvdA-GroenLinks heeft de Vughtse gemeenteraad in november 2012 dan ook de randvoorwaarden aangegeven voor samenwerking. De samenwerking moet zich richten op ondersteunende diensten, specialistische taken en gemeente overstijgende onderwerpen. Maar nadrukkelijk niet op harmonisatie van beleid, oftewel in Vught moeten eigen keuzes gemaakt kunnen worden.
Rapport focust op ambtelijke samenwerking
De stuurgroep van de Meierijgemeenten die heeft gestudeerd op vormen van samenwerking komt tot de conclusie dat de focus moet liggen op een ambtelijke fusie. Daarbij worden naast de samenwerking op bedrijfsvoering en ondersteunende diensten ook het komen tot één sociale dienst genoemd. En het maken van een visie voor de subregio op economie en ruimtelijke ontwikkeling.
Rapport gaat te ver
Daarmee gaat het rapport verder dan de randvoorwaarden uit de motie. PvdA-GroenLinks wil niet vastleggen dat er één sociale dienst moet komen. De fractie is voor samenwerking bij de invoering van de nieuwe participatiewet en de overheveling van Awbz-taken naar de WMO. Maar ziet deze noodzaak niet voor bijvoorbeeld het armoedebeleid. En evenzo is er volgens PvdA-GroenLinks geen reden om één visie op economie te maken met Schijndel en St-Oedenrode. Daar kan Vught op bijvoorbeeld economie en toerisme beter op samenwerken met Den Bosch. Het rapport gaat voorbij aan de belangrijkste voorwaarde van de motie: geen harmonisatie van beleid!
Verdeelde raad
PvdA-GroenLinks is zeker niet de enige fractie die kritisch was over het rapport. De SP toonde zich kritisch, maar ook coalitiepartijen VVD en GB waren geen voorstanders van het collegevoorstel. Vooral GB toont zich uiterst kritisch over alle aspecten van samenwerking. Meermaals heeft fractievoorzitter Guus van Woesik (GB) laten weten dat dit volgens hem de eerste stap naar het opheffen van Vught is. Ambtelijke fusie was voor GB uitgesloten. De VVD was iets minder kritisch, maar wilde wel dat ook andere vormen van samenwerking uitgezocht zouden worden.
Kritisch geluid vastleggen
PvdA-GroenLinks wilde deze kritische geluiden duidelijk vastleggen. Dat sterkt de positie van de wethouder bij het regionaal overleg. Zonder duidelijk tegengeluid acht PvdA-GroenLinks het risico groot dat er uiteindelijk vooral wordt verteld waarom een ambtelijke fusie toch het beste is. Daarom zocht de fractie juist GB op om samen tot een tegenvoorstel te komen. In dit voorstel moest centraal staan dat er op onderdelen samenwerking wordt gezocht, maar niet per definitie in verregaande samenwerking of een ambtelijke fusie.
Druk uit de coalitie
Deze bespreking in het gangpad van de raadszaal tijdens een schorsing, was succesvol. Het voorstel van PvdA-GroenLinks kreeg steun van de SP, GB en ook de VVD…. tot D66 zich begon te beroepen op de afspraken in de coalitie. GB en VVD werden er fijntjes aan herinnert dat samenwerking onderdeel is van het coalitieakkoord. Waarna zowel GB als de VVD haar keutel introk en het voorstel van PvdA-GroenLinks liet vallen. In plaats daarvan schaarde D66, CDA, GB en VVD zich plots achter het amendement van de VVD.
Signaal voor verdere uitwerking
Uiteindelijk heeft de fractie van PvdA-GroenLinks – samen met de SP – tegen het rapport gestemd. Verbazend genoeg stemde GB in, waarmee de fractie toestemming geeft voor een onderzoek naar de ambtelijke fusie (de eerste stap naar een bestuurlijke fusie toch?). Desondanks moet het signaal duidelijk zijn dat een ambtelijke fusie ondanks alles weinig steun heeft in de Vughtse raad. De wethouder zal daar rekening mee moeten houden bij de verdere uitwerking. In hoeverre dat lukt, zien we in het samenwerkingsplan dat in juni aan de raad gepresenteerd moet worden.
Toine van de Ven