Teun Wezelenburg is in het dossier over het zorgcentrum Vught-Zuid gedoken en geeft hier een weergave van zijn bevindingen.
Aanleiding
In 2002 werd ik als burger geconfronteerd met de vraag over stand van zaken van de ouderenhuisvesting in het Zorgcentrum Vught-Zuid. Informatie leerde toen dat de beide Vughtse zorginstellingen Vughterstede en de Neijnselstichting er eerst samen uit moesten komen over de wijze van exploitatie. Ik vond het vreemd dat twee zulk nauw betrokken instellingen op deze manier met de belangen van ouderen omgingen. Toen heb ik de zaak laten rusten als niet-belanghebbende.
Inleiding
Ik nam aan dat in een extra vergrijzend Vught er een enorme vraag naar Ouderenhuisvesting zou zijn. Ik verbaasde mij erover dat ik weinig tegenkwam – bijvoorbeeld via ingezonden brieven van ouderen- over dit wellicht nijpend probleem. Ook van naaste belanghebbenden, zoals kinderen of Vughtse huisartsen, was mij niet bekend dat er protesten waren.
Toen ik mij kandidaat stelde voor de gemeenteraad had ik mij voorgenomen om mij te verdiepen in dit traject; inmiddels ben ik ook bijna AOW-er en dus te zijner tijd belanghebbende. Ik hoopte dat de historie van dit traject mij zou leren hoe de zorgplaatsen in Vught nu en in de toekomst geregeld werden. Via dossierstudie heb ik het volgende beeld gekregen.
Aanloop
In 1998 wordt er voor het eerst gesproken over een zorgcentrum in Vught Zuid. Vughterstede verzorgt de exploitatie van Huize Elisabeth, Huize Mariënhof en Huize de Braecken. Stichting Mariënhoven is inmiddels opgericht en ontwikkelt en beheert de gebouwen van stichting Vughterstede. Deze dient begin 2000 een verzoek in om grond te mogen aankopen achter het Moleneind bij de Theresiahoeve voor een Zorgcentrum. Naast ca.117 aanleunwoningen, 26 inleunwoningen en 27 verzorgingskamers zouden er ook 30 verpleegplaatsen komen. Mij bleek dat Huize Elisabeth vanuit het verleden -bij hoge uitzondering- toestemming voor 40 verpleegplaatsen had gekregen die echter werden verzorgd door de Neijnselstichting.
Competentie
Voor de gemeente werd duidelijk dat de beide stichtingen het niet eens waren over de wijze van exploiteren van de verpleegplaatsen in het nieuwe zorgcentrum en vooral wie deze exploitatie zou moeten verzorgen. Eerst in 2002 wordt uitgesproken dat in het nieuwe Zorgcentrum Vught-Zuid de verpleegplaatsen op dezelfde wijze zullen worden geëxploiteerd als bij Huize Elisabeth. Nu kunnen de plannen worden voorbereid.
Nieuwe complicatie: is de Theresiahoeve een monument?
Midden 2002 wordt de werkgroep â€Behoud van de Theresiahoeve†opgericht. Met 1300 handtekeningen vraagt de werkgroep om de Theresiahoeve in het complex te handhaven. Vught kent 47 Rijksmonumenten, 100 gemeentelijke monumenten en 47 beeldbepalende panden; hiertoe behoort niet de Theresiahoeve. De monumentencommissie gaat niet achter het verzoek staan. De werkgroep staakt begin 2003 het verzet om de bouw niet in de weg te staan. Als laatste gaat begin 2005 “Het Vughts Landschapâ€overstag. Ook de provincie doet nog het verzoek om de monumentale bomenrij in het ontwerp in te passen; dit laatste is gehonoreerd. Niet duidelijk is of het traject door deze interceptie is vertraagd.
Oudereninspraak
Begin 2000 en in augustus 2001 vragen twee belanghebbenden hoe het met het nieuwe wooncentrum staat. Begin 2004 zijn twee dames benieuwd naar de stand van zaken. In september 2001 vraagt het Platvorm MOG aandacht voor de aanleunwoningen bij het Zorgcentrum in Vught-Zuid. In 2001 is het aantal aanvragen 400 voor een aanleunwoning. Vughterstede ervaart een enorme druk van deze wachtlijst. Een provinciale vertegenwoordiging van de Federatie van Ouderenbonden spreekt hun verontrusting uit. Van de Vughtse Ouderenbonden bevindt zich geen opmerking in het dossier. De vraag richt zich vooral op driekamereenheden (70%) en dus 30% op tweekamereenheden. Opmerkelijk is dat bij de realisatie van het omgekeerde wordt uitgegaan. Als argument wordt aangegeven dat het in 80 % van de gevallen om alleenstaanden gaat. Een ander argument is dat de bewoner(s) van een 2 kamerappartement in aanmerking moeten kunnen komen voor huursubsidie.
De ouderen wonen graag bij de voorzieningen (winkels) en zorginstellingen. Dus concentratie bij het Centrum van Vught c.q. het Moleneindplein.
Indeling groep ouderen
De groep â€ouderen†is geen homogene groep. De groep is onderverdeeld in leeftijden van 55+, 65+ en 75+, omdat bij deze indeling een afzonderlijke insteek aan de orde is. De 55+-er oriënteert zich op wonen/slapen op1 niveau, dus appartement. De vraag is voor 80% huurgericht dus Ons Bezit heeft een belangrijke rol. Voor kopers geldt een oriëntatie op een patiobungalow. De 65+-er oriënteert zich al meer op de zorgkant en zoekt bijvoorbeeld een aanleunwoning en komt dus bij Vughterstede terecht. De 75+-er wordt mogelijk geplaagd door lichamelijk- c.q. geestelijk ongemak en kan veelal niet meer kiezen en komt terecht bij Vughterstede c.q. de Neijnselstichting.
Bouwverloop
De start om medewerking te geven tot grondaankoop geschiedt in 2004. Dit kan voorspoedig verlopen daar het merendeel van de grond in bezit is van de gemeente en een klein gedeelte bij de Congregatie van de Zusters. Beiden zijn welwillend om mee te werken. In 2005 wordt het contract getekend met toestemming van het College Bouw Ziekenhuisvoorzieningen. Zomer 2006 wordt met de bouw begonnen en begin 2008 is de oplevering voorzien.
Toekomst
– De Braecken moet worden gerenoveerd; met o.a. zijn 1-persoonskamers is dit niet meer van deze tijd. Inmiddels wordt gesproken over nieuwbouw van een groter complex. Eind jaren 90 is de stichting Mariënhoven opgericht als ontwikkelaar c.q. verhuurder van het onroerend goed aan de Vughterstede. Misschien is dit ingegeven door een nieuwe trend in de zorgsector. Hopelijk mag worden aangenomen dat de zorgstichting Vughterstede bepaald wat er wordt gebouwd en voor wie. Tevens houdt dit in dat het Zorgcentrum Vught-Zuid in de beginjaren niet volledig ter beschikking komt, maar eerst als opvang voor de Braecken zal fungeren.
– Het verpleeghuis Boswijk van de Neijnselstichting kent 100 bedden. Dit tehuis zal wegens ouderdom worden afgebroken. Niet duidelijk is of herbouw ter plaatse zal plaatsvinden. Mogelijk is het beleid en plaatsing een regionale zaak. Overigens toch jammer voor de betrokken Vughtenaren (en familie) als men niet meer in Vught terecht zou kunnen.
Conclusies
Uit het bestaande traject mag worden geconcludeerd dat ook voor de toekomst er sprake kan zijn van een lange doorlooptermijn ingeval van gewenste nieuwbouw. Tot 2010 zal in Vught de groep ouderen 65 tot 75 met 29% groeien (landelijk 15%) en de groep 75+-ers met 22% (landelijk 14%) (peildatum:2002). De geschetste ontwikkeling komt in dus in versnelde mate op ons c.q. Vught af. Omdat het zo’n grote groep betreft zal de gemeente niet afzijdig kunnen blijven. In hoeverre zij een sturende rol kan vervullen zal moeten blijken. Het kan zijn dat de genoemde zorginstellingen een eigen koers uit zetten. Niet alleen gericht op Vught, maar wellicht in regionaal verband. Belangrijk is als de ouderen hun inspraak mogen hebben. Belangrijk is ook dat zij deze inspraak dan ook benutten.
Teun Wezelenburg