Met de transities gaat er steeds vaker een beroep gedaan worden op vrijwilligers en mantelzorgers. Hoe reëel is dat? Raadslid Floor Bink vertelt op basis van eigen ervaringen en bezoeken over de belasting van vrijwilligers en mantelzorgers. Wie gaat straks de zwaardere of intiemere zorgtaken uitvoeren?
Extra beroep op vrijwilligers en mantelzorgers
‘Kun jij nu misschien even een half uurtje luizen pluizen met mij?’, vroeg de klassenmoeder mij gisterochtend. ‘Uuuh, nee sorry daar heb ik geen tijd voor’, was mijn antwoord. Eenmaal thuis voelde ik mij een beetje schuldig; want wat is nou een half uurtje? Laten we wel wezen. Maar het zegt, denk ik, iets over hoe graag mensen hun medemens kunnen, maar ook willen helpen. En niet onbelangrijk, willen de medemensen die hulp nodig hebben, deze altijd aanvaarden?
Twee niet onbelangrijke vragen met het oog op de toekomst waarin de participatiemaatschappij centraal staat. Onlangs kwam er een rapportage over mantelzorg uit. Hierin wordt onder andere ingegaan op het (te voeren) beleid op het gebied van mantelzorg, maar ook hoe nu de veerkracht te verhogen van de mantelzorgers. En welke rol de vrijwilliger(s) hierin speelt, kan of moet spelen.
Mantelzorger onder druk
Feit: als gevolg van de vergrijzing van de Vughtse samenleving, neemt het aantal mensen dat op mantelzorg is aangewezen de komende 25 jaar met 115% toe. Daarnaast hebben we te maken met een lagere beschikbaarheid van mantelzorgers. Dit komt onder andere doordat men minder kinderen heeft, er een toename van echtscheidingen is (wat de band tussen ouders en kinderen over het algemeen niet bevordert), er een groeiende groep mensen is die alleen blijven/leven en door het langer deelnemen aan het arbeidsproces. De druk op de individuele mantelzorger neemt toe met als gevolg dat de gemeenschap – meer specifiek: de buren, buurtgenoten en vrijwilligers – zal een belangrijke rol moeten gaan vervullen als dat nodig is. Taken waaraan hierbij gedacht kan worden zijn: strijken, de tuin onderhouden, hulp bij de administratie etc.
De maatschappij dat ben jij! Toch?
Nu kom ik weer terug op waar ik deze blog begon: wie gaat de, in dit geval, mantelzorgers helpen (als vrijwilliger)? Als ik alleen al kijk naar de vragen om hulp die ík, als eind dertiger, tweeverdienende ouder, zeer frequent krijg vanuit school (rijden naar en begeleiden van excursies, helpen bij de fietslichtencontrole, mee helpen met spelletjes- of knutselactiviteiten enzovoorts) wetende dat ik al de ouderraad zit, biebmoeder ben en als vrijwilliger werk, dan kun je je afvragen of, wanneer en hoe vaak generatiegenoten en ikzelf tijd kunnen maken om nog meer steentjes bij te dragen.
Ook sportverenigingen kampen steeds meer en meer met een gebrek aan vrijwilligers. Bij sommige is het zelfs al zo dat leden verplicht worden een keer in de zoveel tijd achter de bar in de kantine te staan. Onlangs was onze fractie aanwezig bij een bestuursvergadering van de VFC Zwaluw en ook daar bleek dat het aantal vrijwilligers aan de te lage kant is. De club is nu zelfs bij het punt aanbeland dat vrijwilligers aangeven dat zij het op deze manier niet meer volhouden. Daarom is nu een dringende oproep om hulp gedaan aan leden en ouders van jeugdleden.
Wat mij zorgen baart is dat, als het zelfs voor (in mijn ogen) leuke, lichte vrijwilligersactiviteiten al niet lukt actieve Vughtenaren te vinden hoe het dan moet met klussen die wat zwaarder zijn of “intiemer” (want in verzorgingstrant) van aard?
Hulp bieden is één…
Dan mijn tweede punt. Ik heb in mijn omgeving regelmatig te maken met ouderen die niet meer alles kunnen, al dan niet tijdelijk. Als ik aanbied om bijvoorbeeld boodschappen voor hen te doen, dan wordt die hulp niet aanvaard. Waarom niet, is mij niet geheel duidelijk, maar ik vermoed dat het zomaar zo is dat de oudere in kwestie niet als zielig of hulpbehoevend wil worden gezien. En strompelen ze nog liever zelf naar de supermarkt. In dit geval gaat het slechts om hele praktische en neutrale zaken, maar ik weet op voorhand al dat als er hulp op het gebied van zorg nodig zou zijn bij een van mijn buurtbewoners dat zij eventuele geboden hulp niet gemakkelijk zullen aanvaarden.
En ook hier is het dan de vraag of een buurt zich geroepen voelt zulke vraagstukken met en voor elkaar op te lossen. Want, bijvoorbeeld, iemands steunkousen komen aantrekken is heel wat anders dan de heg snoeien of de brandgang schoonvegen.
Van solidariteit naar respijt
Kortom, er valt nog een boel te halen op het gebied van onderlinge solidariteit en saamhorigheid die zich in acties uitbetaalt. Daarom moeten we terughoudend zijn met teveel uit gaan van ‘eigen kracht’ en de verwachting dat vrijwilligers zaken kunnen overnemen. Het zoeken is naar de juiste balans tussen professionele inzet en vrijwilligers en mantelzorgers. De fractie van PvdA-GroenLinks zal zich hoe dan ook inzetten voor de mantelzorgers in Vught. Er moet worden voorkomen dat zij omvallen wegens bijvoorbeeld gebrek aan vrijwilligers die hen af en toe kunnen ontlasten. Al is het maar voor een paar uurtjes.
Ikzelf blijf in ieder geval nog graag vrijwilliger. Nu nog hopen dat mijn ouders niet hulpbehoevend worden de komende jaren…
Floor Bink